21 dec Het verhaal van de twee wolven
In veel trajecten rond persoonlijke ontwikkeling ligt de nadruk nog steeds op veranderen, verbeteren en, als ultiem doel, ‘de beste versie van jezelf worden’.
Alsof je nu nog niet goed genoeg bent.
Maar wat als persoonlijke groei niet gaat over méér worden,
maar over échter zijn?
Dit eeuwenoude, oorspronkelijke verhaal van de Cherokee-indianen
legt feilloos bloot waar het werkelijk om draait:
Innerlijke balans, zelfinzicht en acceptatie van alles wat in jou leeft.
Lees het hier:
Een oude Tibetaan spreekt met zijn kleinzoon bij het kampvuur over het leven. De kleinzoon vraagt: ‘Grootvader, zijn mensen van nature goed?’ De man antwoordt: ‘In mij woedt een gevecht’, zegt hij.
‘Een gevecht tussen twee wolven.
De grijze wolf is slecht; hij bestaat uit woede, jaloezie, hebzucht, verwaandheid, zelfmedelijden, leugens, minderwaardigheid, valse trots, superioriteit en ego.’
Hij vervolgt: ‘De andere, bruine wolf is goed en staat voor vreugde, tevredenheid, liefde, hoop, kalmte, nederigheid, vriendelijkheid, sympathie, vrijgevigheid, waarheid en compassie.’ In ieder mens woedt dezelfde strijd. Ook in jou’.
De kleinzoon staart in het vuur en vraagt: ‘Welke wolf gaat het gevecht winnen?’ De oude man glimlacht en antwoord: ‘Als je ze goed voedt, winnen ze allebei.’
Het verhaal gaat verder…
‘Zie je, als ik alleen de bruine wolf voed, zal de grijze wolf zich in het donker verstoppen, wachtend op mij om te wankelen, zodat hij me kan bespringen en de aandacht kan krijgen waar hij naar verlangt. Hij zal altijd boos zijn en tegen de bruine wolf willen vechten.
Maar als ik hem accepteer en erken, is zowel hij, als de bruine wolf, tevreden. En, winnen ze allebei.’
Het verhaal van de twee wolven maakt één ding glashelder:
Persoonlijke groei en mentaal welzijn gaan niet over het continu verbeteren of het najagen van de ‘beste versie van jezelf’.
Het gaat niet over méér presteren, positiever denken of negatieve kanten wegduwen.
Echte groei begint – én blijft – bij zelfinzicht en zelfacceptatie.
Bij het erkennen van álle delen van jezelf:
Je licht, je kracht, én je schaduw.
Want zolang je alleen maar de ‘goede’ kanten voedt en de ‘slechte’ probeert te negeren, ontstaat er innerlijke strijd. De delen die je wegdrukt, eisen vroeg of laat alsnog hun plek op, vaak op een ongewenst moment.
Wie zichzelf begrijpt, hoeft zichzelf niet langer te bevechten.
En pas als je jezelf volledig leert kennen – met je perfectionisme, twijfel, boosheid of gevoeligheid – kun je daar bewust en krachtig mee omgaan.
Niet perfect, wel écht.
Niet altijd positief, wel in balans.
Zelfacceptatie is geen eindpunt, maar een dagelijkse keuze.
En het is precies daar waar jouw persoonlijke kracht begint.